menu

Hiddema eist opheldering van Grapperhaus over "verwarde mannen"

Hiddema eist opheldering van Grapperhaus over "verwarde mannen"

FVD-kamerlid Theo Hiddema wil opheldering van Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid over het trekken van de snelle conclusie "verwarde man" bij de steekpartij/aanslag in Den Haag op bevrijdingsdag. Het kan ook een "verwarde terrorist" zijn. Lees hier alle kamervragen van Hiddema:


Vraag 1
Kan de Minister aangeven op basis van welke criteria door de politie een persoon de kwalificatie “verward persoon” wordt toegedicht - zoals in het geval van de dader van de ernstige steekpartij/aanslag op bevrijdingsdag (5 mei 2018) in Den Haag?

Vraag 2
Kan de Minister toelichten in welke gevallen de politie spreekt van een terreurdaad of een aanslag? Welke criteria hanteert de politie voor deze begrippen?

Vraag 3
Is de Minister van mening dat in het geval van de steekpartij/aanslag in Den Haag op 5 mei jl. - waarbij de dader één van zijn slachtoffers probeerde te kelen en naar getuigenis van omstanders ‘Allahu Akbar’ riep - sprake was van een terreurdaad? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom wel?

Vraag 4
Is de Minister bekend met de definitie van “verwarde personen” uit het politierapport “Politie en ‘verwarde personen’: Onderzoek naar optreden van de politie in relatie tot personen met verward gedrag” uit 2015 (“Onder verwarde personen verstaan we eenieder die vanwege zijn al dan niet tijdelijke verstoorde oordeelsvermogen gedrag vertoont waarmee hij zichzelf of enige ander in gevaar brengt en/of een bedreiging vormt voor de openbare orde en veiligheid.”)?

Vraag 5
Deelt de Minister de opvatting dat de definitie zoals bedoeld in vraag 4 dermate breed is dat alle vormen van criminaliteit en/of terreur hieronder vallen?

Vraag 6
Deelt de Minister de opvatting dat terreur en “verward persoon” elkaar niet uitsluiten? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7
Wie heeft de politie in 2011 vanuit het Rijk opdracht gegeven om incidenten met “verwarde personen” te registreren en wat was de aanleiding hiervoor?

Vraag 8
Is de Minister bekend met het bericht ‘Politie luidt noodklok: recordaantal incidenten verwarde personen.’ in het AD van 27 februari 2018?
https://www.ad.nl/binnenland/politie-luidt-noodklok-recordaantal-incidenten-verwarde-personen-kijk-hier-waar~a9a3a9ac/

Vraag 9
Hoe verklaart de Minister de explosieve stijging van het aantal meldingen bij de politie van incidenten met “verwarde personen” (van 40.000 in 2011 tot 83.500 in 2017)?

Vraag 10
Is de Minister bekend met het bericht 'Overlast verwarde mensen niet terug te zien in cijfers GGZ' van de NOS van 6 april 2018?
https://nos.nl/artikel/2226000-overlast-verwarde-mensen-niet-terug-te-zien-in-cijfers-ggz.html

Vraag 11
Hoe rijmt de Minister de ervaring van de GGZ - die geen stijging in “verwarde personen” terugziet in haar eigen cijfers - met het stijgende aantal meldingen van incidenten met “verwarde personen” bij de politie? Deelt de Minister de opvatting dat het begrip “verward persoon” te ver is opgerekt en te pas en te onpas wordt gebruikt (ook bij ernstige misdrijven)?

Vraag 12
Kan de Minister aangeven of “verwarde” plegers van misdaden worden opgenomen in de criminaliteitscijfers of dat zij enkel worden opgenomen in GGZ-cijfers?

Vraag 13
Kan de Minister deze vragen binnen een termijn van twee weken beantwoorden?