FVD stelt kamervragen over mensensmokkel door NGO's op Middellandse Zee

Op de Middellandse Zee zijn talloze NGO's actief die illegale migranten smokkelen vanuit Afrika naar Europa onder het mom van reddingswerk. Een groot deel van deze NGO's vaart onder de Nederlandse vlag. Ondanks het feit dit al ruim twee jaar plaatsvindt, wordt er niets gedaan door de Nederlandse regering. FVD stelde daarom de onderstaande vragen aan de Minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders.

1. Heeft de minister kennis genomen van het bericht ‘Op geluidsopnamen is te horen hoe dit reddingsschip contact heeft met mensensmokkelaars’ dat op 4 augustus 2017 in de Volkskrant verscheen (https://www.volkskrant.nl/buitenland/op-geluidsopnamen-is-te-horen-hoe-dit-reddingsschip-contact-heeft-met-mensensmokkelaars~a4509766/)?

2. Deelt de minister de opvatting dat een groot aantal NGO’s, die op de Middellandse zee missies uitvoeren onder de noemer van reddingswerk, mensensmokkel bevorderen zoals in het artikel van de Volkskrant wordt beschreven? Zo nee, hoe zou de minister deze missies typeren?

3. Is de minister op de hoogte van het feit dat dergelijke NGO’s soms onder de Nederlandse vlag varen? Zo ja, kan de minister een overzicht van geven van alle schepen, die onder Nederlandse vlag varen, die zich volgens eigen zeggen met reddingswerk bezighouden?

4. Is de minister op de hoogte van het bestaan van Nederlandse NGO’s die deelnemen aan dergelijke ‘reddingsmissies’ of dit middellijk of op andere wijze mogelijk maken? Zo ja, kan de minister een overzicht van deze NGO’s geven?

5. Deelt de minister de mening dat de Nederlandse overheid verantwoordelijk is voor schepen die varen onder de Nederlandse vlag?

6. Kan de minister aangeven of er sprake is van subsidiëring door de Nederlandse overheid van NGO’s die dergelijke ‘reddingsmissies’ uitvoeren of middellijk dan wel op andere wijze mogelijk maken? Zo ja, kan de minister aangeven welke NGO’s dit betreft en welke bedragen zij ontvangen?

7. Deelt de minister de opvatting van de Italiaanse overheid dat de handelingen van NGO’s, zoals beschreven in het artikel van de Volkskrant, moeten worden tegengegaan? Zo ja, kan de minister aangeven welke maatregelen worden getroffen om hun werkzaamheden tegen te gaan? Zo nee, kan de minister zijn visie nader toelichten?

8. Kan de minister aangeven of er sprake is van samenwerking met de Italiaanse overheid op dit thema?